25 redenen voor ECB-kunststof dakbedekking
1. Dakbanenvan ECB en FPO/TPO
– Jarenlange ervaring en expertise
– Ecologisch verantwoord
– Duurzaam bouwen
– Voldoen aan het eisenpakket van W.Ernst
Wij bedanken dhr. Ernst voor het beschikbaar stellen van de teksten, de gegevens, en illustraties. Over de juistheid van de specificaties, evenals de eigenschappen van de produkten, die in dit eisenpakket behandeld worden, nemen wij geen verantwoording.
2. INLEIDING
Dakbedekkingen ondergaan de meest onwaarschijnlijke mechanische, chemische, en biologische beproevingen. De bouwfysiche eisen zijn hoog. Hoe zeker zijn dan ook de dakbanen? Een vergelijkend onderzoek naar de verschillende dakbanen (Werkstofgroepen: ECB/OCB, EPDM/IIR, EVA-PVC, PIB, PEC, TPO/FPO/OCC, PVC, PYE en vloeibare kunststoffen) werd pas mogelijk door de praktijkervaringen, onafhankelijk, en verregaand onderzoek door W ERNST (1992, 1999). Deze kunnen als leidraad dienen om dakbanen te onderscheiden. De deskundige, en auteur W Ernst kwam hiertoe tot devolgende uitspraken: »Wordt er aan alle minimumeisen voldaan, ervanuitgaande dat de banen zich praktijkgericht laten verwerken. Ze voldoen aan de eisen van de bouw, en opdrachtgever. Ecologisch verantwoord zijn, dat ze handmatig te verwerken zijn, en dat ze een dak langdurig dicht houden. ERNST (1999, 2003)
3. Koudbuigproef
Dakbanen moeten op de bouwplaats weersonafhankelijk te verwerken zijn.
Volgens DIN 16 726 par. 5.14 zijn de minimumeisen voor de kuidbuigproeg bij –30 C gedefinieerd.
Door de klimaatveranderingen kunnen deze temperaturen overschreden worden, en kunnen in Midden Europa waarden van -40 C halen, zodat deze eisen klimaat afhankelijk zijn. De uitkomsten van de koudbuigproef duiden ook op een betere flexibiliteit, die weer gevolgen heeft voor het verwerken in ongustige jaargetijden, en bij lage temeperaturen. De banen laten zich beter uitrollen, de lastemperatuur wordt (energiebesparend) lager. Het verwerkings risico bij ongunstige weersomstandigheden wordt geminimaliseerd, in het bijzonderbij de details.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Proef vlgs. DIN 16726/5.14 – Geen breuk of scheuren bij |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
– 30°C | voldoet | voldoet |
4. perforatie weerstand
Dakbanen moeten een hoge perforatieweerstand hebben
Een hoge mechanische weerstand tegen het bouwafval, en verkeer op de werkplek, gedurende de verwerking tot de oplevering,soms kan het nodig zijn de dakbaan te beschermen tegen bouwvakkers.
Dakbanen moeten daarom tijdens alle bouwaktiviteiten een grote perforatieweerstand hebben
Een baandikte van 2 mm. met glasvliesinlage beperkt het beschadigingsgevaar tijdens de bouw tot een minimum Bij vrije dakvlakken moet ook het gevaar van onweer worden overwogen. De schade die een hagelbui kan veroorzaken zijn ook in deze tests meegenomen.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
– Proef volgens SIA V 280 proef 15 vallichamen van 500gr. – Valhoogte >750 mm |
ECB Kunststofbaan (getest 800 mm) |
FPO-/TPO Kunststofbaan (getest tot 800 mm) |
Dicht | Dicht | Dicht |
5. inwerking van sigaretten/vuurwerk
Dakbanen moeten bestand zijn tegen vuurwerkresten, en sigarettenpeuken.
Door de tijdsdruk vinden er vaak veel werkzaamheden tegelijkertijd op het dak plaats. Las en soldeerwerk, zagen en slijpen moeten gelijktijdig met de dakwerkzaamheden uitgevoerd worden. Hierdoor ontstaat vaak thermische puntbelasting door heet metaal.
Bij vrije dakvlakken (in bevolkte gebieden) moet de dakbedekking weerstand bieden tegen vuurwerkresten, en argeloos weggegooide sigarettenpeuken uit vensters, of vanaf een balkon.
Dakbanen die veel weerstand bieden tegen sigarettenpeuken, bieden de beste bescherming tegen vuil, en beschadiging op de bouwplaats.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Test vlgs. DIN 51 961 |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
Dicht | Dicht | Dicht |
6. nauwkeurigheid & maatvoering
Dakbanen moeten zonder plooivorming te verwerken, en te lassen zijn.
Volgens DIN 16726 par.: 5.2 wordt de maatvoering en rechtheid onderzocht. De baan wordt bij een temperatuur van 18° tot 28°C volgens DIN 50 014 10 meter afgerold op een vlakke en spanningsvrije ondergrond.
De afwijking in de rechtheid (afstand g in mm.) wordt tussen de punten A en B gemeten. Deze waarden kunnen dienen bij het visueel onderzoek tijdens het produktieproces. Bovendien is deze waarde een parameter bij de verwerking.
Dakbanen met een grote afwijking zijn geneigd tijdens het lasproces te verlopen – waardoor er rimpels en plooien ontstaan. Met als gevolg een slechte las.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Test vlgs. DIN 51 961 |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
Afwijking (g) < 30 mm | voldoet | voldoet |
Afstand (p) < 10 mm | voldoet | voldoet |
7. Lasbaarheid
Lasvenster – bron: ERNST, Dakafdichting – Dakbegroeiing, deel II, p.90
Dakbanen moeten op de bouwplaats eenvoudig, en met een zekere naadverbinding gelast kunnen worden.
De maatstaf voor de lasbaarheid van een dakbaan wordt in een lasvenster uitgedrukt. Hier geldt: des te groter het lasvenster, des te gemakkelijker is de baan te lassen, de lastechniek is zeker, en daarmee ook de dichtheid en de homogeniteit van de las.
Wezenlijke invloeden tijdens het lassen met hete lucht zijn o.a.:
– Materiaalkwaliteit van de dakbaan
– Materiaalsoort en inlage
– Ondergrond
– Omgevingstemperatuur
– Vochtigheidsgraad
– Veroudering van de dakbaan
– De soort lasautomaat
– Stroom verschillen in het elektriciteitsnet
Een homogene naadverbinding door middel van hetelucht lassen geeft veel zekerheid, en alleen een dak met dichte lasnaden, beschermd een gebouw tegen de weersinvloeden.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Lasvenster volgens ERNST (1999) aanwezig |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
Ja/Nee | Ja | Ja |
8. inwerking van vet/olie
Dakbanen moeten tegen de inwerking van vetten en olieen bestand zijn.
Vet en olie (laagmoluculaire vloeibare vetten) komen in de praktijk vaak voor zoals:
– Vet en olie vallen bij onderhoudswerkzaamheden op het dak (lift, ventilatoren, ladders enz.)
– Vet en olie houdende lucht zijn in hoge concentraties te vinden in ontluchtings pijpen van fabrieken (bijv.: machinefabrieken, chocolade en melkfabrieken) Kerosine nevel op vliegvelden
– Vet en oliehoudende lucht uit afzuigkappen van keukens zijn vaak op een plat dak te vinden.
– Niet te vergeten de bouwplaats zelf
De grondstof proeven voorzien niet in deze praktische gevallen. Dakbanen volgens het eisenprofiel voldoen wel aan deze test.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Proef, rekwaarde DIN 16 726/5.6 in vergelijk met nieuw materiaal |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
< 25% relatief | voldoet | voldoet |
9. de inwerking van warmte en water
Dakbanen moeten bestand zijn tegen de inwerking van warmte en water
Oppervlakte temperaturen van boven de 60C kunnen optreden tijdens een warme zonnige dag. Dit gebeuren wordt volgens SIA 280/13 gesimuleerd, en wordt getest op veranderingen in de rekwaarde t.o.v. nieuw materiaal.
Met tijdelijke maar langdurige plassen moet op de meeste daken rekening mee worden gehouden, daarom kan deze proef met de relatief hoge temperatuur van 55 C, en een lange test van 90 dagen tot een realistisch praktijkvoorbeeld gerekend worden. De test van de grondstof volgens DIN 16729 duurt 7 dagen met een temperatuur van 80 C.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
– Test volgens SIA V 280/13 maar warmwater van +55 C. Duur: 90 Dagen – Rekwaarde DIN 16 726/5.6 in vergelijk met nieuw materiaal |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
< 25% relatief | voldoet | voldoet |
10. de weerstand tegen kalkwater
Dakbanen moeten bestand zijn tegen de inwerking van kalkwater.
Test: opslag in kalkwater in de nabijheid van een kalkopslag:
“Uitgangspunt was een optisch zichbare brosheid, op een week PVC dak met grind” Op de dakbaan bevond zich een gesloten laag stof , en gruis van kalkhouden grind. Hetzelfde materiaal op een lager liggend groen dak vertoonde geen sporen van brosheid
Uitvoering:
DIN A4 formaat baanstukken werden 90 dagen in kalkwater bewaard bij een temperatuur van 18 – 20 C
Testverloop:
voor het vervolg van de test werden proefstukken van 10mm. breed en 250 mm. lang uitgestanst, en de test werd nog 90 dagen voortgezet. De stroken werden hierna bij een temperatuur van 60 C 24 uur gedroogd
ERNST (1991, S.21)
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
– Test volgens DIN 16 726/ 5.18, maar dan 90 dagen – Rekwaarde DIN 16 726/5.6 in vergelijk met nieuw materiaal |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
< 25% relatief | voldoet | voldoet |
11. gedrag na langdurig contact met zuuroplossingen
Dakbanen moeten bestand zijn tegen chemische stoffen die in het mileu voorkomen.
Uitgangspunt voor de test waren gedeeltelijke brosheidsverschijnselen van dakbanen onder invloed van zure regen in de buurt van een schoorsteen. Ook kunnen er door contact met bijvoorbeeld vogelstront, blad, stuifmeel, en mossen, zuurhoudende substanties ontstaan.
De test bestaat uit het veroorzaken van kunstmatige chemisch kenmerkende veranderingen, het vaststellen van de kwaliteit en stabiliteit, en de materiaalweerstand in wisselwerking met zuren (bijvoorbeeld resten van dode wortels, humuszuren, zure regen, gassen en roet van olie gestookte kachels etc.) in praktijkgerichte omstandigheden simuleren.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
– Test vlg. DIN 16 726/ 5.18, maar 90 dagen – Rek DIN 16 726/5.6 in vergelijk met nieuw materiaal |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
< 15% relatief | voldoet | voldoet |
12. weerstand tegen mikro organismen
Dakbanen moeten weerstand bieden tegen inwerking van biologische organismen
Platte daken staan bloot aan veelsoortige belastingen, zoals bijv. alkalische substanties, algen opbouw, microbe-effecten
Al deze faktoren kunnen de materiaal eigenschappen van een dakbaan negatief beinvloeden. Het verouderingsproces wordt zo versneld. In de vlakdak richtlijnen van 2001 wordt er nadrukkelijk op gewezen dat deze stoffen op het dak een voedingsbodem zijn voor bacterien en microben. De materiaalnorm bestaat uit een test van korte duur. Deze test is maar beperkt als het gaat om de eisen betreffende het gedrag op langere termijn.
Met de hier gedane paraktijkgerichte lange test (180 Dagen) wordt in het bijzonder het gedrag op lange termijn, onder de daadwerkelijke invloeden, onder laboratoriumomstandigheden nagebootst.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
– Test volgens DIN 53 933, maar dan 180 dagen – Gewichtsverlies in vergelijk met nieuw materiaal |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
< 3% relatief | voldoet | voldoet |
13. hydrolyse bestendigheid
Dakbanen moeten hydrolyse bestendig zijn.
Hydrolyse betekend: het uitwisselen van stoffen door water. De in water oplosbare bestanddelen die giftig zijn kunnen een zware belasting zijn voor het riool en de natuur. Hydrolyse kan zowel plaatsvinden op een kale dakbedekking, die niet voldoende afschot heeft, alswel op een groendak.
De hydrolyse bestendigheid is een eis van de “Groendak richtlijnen” (FLL). Indien nodig, moet het bewezen worden. Een materiaaltest volgens een DIN norm is er niet. Dakbanen volgens het eisenpakket voldoen, aan de richtlijnen van de hydrolyse bestendigheid. Volgens de daar gedefinieerde eisen van ERNST (1992)
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Test, verandering van de rek DIN 16 726 / 5.6 in vergelijk met nieuw materiaal |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
< 25% relatief | voldoet | voldoet |
14. weerstand tegen ozon
Dakbanen moeten zonnestralen en ozon bestendig zijn
Met het dunner worden van de ozonlaag in de stratosfeer (tussen de 10 en 40 km) onstaat er enerzijds een temperatuursverhoging, en anderszijds een afname in het UV-B filter effect. Betreffende de UV-B stralen tonen recente onderzoeken in berggebieden, in Europa aan, dat de stralings sterkte de afgelopen 15 jaar sterk is toegenomen.
Met het toenemende verkeer worden stikstofdioxide en koolwaterstofgassen uit verbrandingsmotoren in de lucht gebracht. Deze uitlaatgassen veroorzaken op een wolkenvrije zomerse dag een ozonproduktie op de grond. Ozon is niet alleen een van de giftigste gassen die er zijn, het is ook een sterk oxiderend Gas. En kan tot een versnelde veroudering leiden.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Test volgens SIA V 280 / 7 |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
Aantal: 0 | voldoet | voldoet |
15. thermische veroudering
Vergelijk van de levensduur van gelijkwaardige dakbanen bij verschillende uitvoeringen
(Bron: ERNST, Dachabdichtung – Dachbegrünung, Teil II, P. 19)
Dakbanen moeten tegen veroudering bestand zijn.
Tot de kenmerkende eigenschappen van een materiaal behoord ook de kennis betreffende het natuurlijke verouderingsproces. Het verouderingsproces van alle dakbanen wordt op de eerste plaats bepaalt door de kwaliteit van het materiaal, waarbij de aard, en de kwaliteit van de grondstof in het fabrikage, en verwerkingsproces een belangrijke rol spelen. Onder invloed van alle mileu invloeden die op een dakbaan inwerken, danwel een kaal dak, of met grind, ofwel een groendak, wordt de veroudering, en daarmee de leeftijd wezenlijk bepaald door:
– Extraktie Migratie
– Hydrolysebestendigheid
– Bestendigheid tegen mikro-organismen
– Weersbestendigheid
– Ozon bestendigheid
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Test volgens SIA V 280 / 8 Rekverandering DIN 16 726 / 5.6 in vergelijk met nieuw materiaal |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
< 25 % relatief | voldoet | voldoet |
< 3 % maatverandering | voldoet | voldoet |
16. kunstmatige weersinvloeden
Vereenvoudigde schematische opstelling van een QUV weersinvloeden apparaat
– Dachbegrünung, Teil II, p. 19)
Dakbanen moeten een lange tijd tegen weersinvloeden bestand zijn.
Weersinvloeden zoals zonnestralen, temperatuursverschillen, neerslag en zuurstof uit de lucht hebben invloed op de veroudering van kunststof/bitumen dakbanen. Het materiaal kan bijvoorbeeld bros worden, of van kleur veranderen. De weersinvloeden in het apparaat bewerkstelligen een gelijktijdige simulatie, en een versterking van de klimaat invloeden, die in de natuur voorkomen. De straling wordt door een gefilterde Xenonbooglamp gesimuleerd. Door het regelmatig natmaken van het testmateriaal moet een natuurlijke benadering gecreeerd worden, zoals die in de natuur, door regen veroorzaakt wordt
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
– Test volgens SIA V 280 test 10 – Maatveranderings testen, in vergelijk met nieuw materiaal – Geen scheuren bij 6 x vergroten |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
< 3 % | voldoet | voldoet |
Aantal: 0 | voldoet | voldoet |
17. vistest
Dakbanen moeten van milieuvriendelijk materiaal gemaakt zijn
Het doel is om tot een gemeenschappelijke, en ecologisch verantwoorde bouwwijze te komen. Om de basiselementen van het leven; grond, water, en lucht schoon te houden, en spaarzaam omgaan met de middellen die we hebben. Dakmaterialen worden in toenemende mate onder een biologisch, en ecologisch vergrootglas gehouden. Hierbij telt ook een minimaal materiaalgebruik, en het energieverbruik bij fabrikage en transport. Daarom heeft ERNST een vistest voor dakbanen ontwikkeld. Hierbij wordt getest of er gevaarlijke stoffen in het water aanwezig zijn, wat vanuit de dakbanen komt.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Test volgens ERNST (1999) Analog DIN 38412, deel 31 |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
< 24 uur | voldoet | voldoet |
18. koude krimp
Dakbanen moeten een krimpproef ondergaan
Langdurige praktijkervaring heeft ons geleerd, dat schade aan losverlegde dakbanen vaak in koude jaargetijden ontstaan. De oorzaak is vaak de trekkrachten die door temperatuurswisselingen ontstaan. De krimp werkt in de langs, en dwarsrichting van de baan. De optredende krachten kunnen de bevestigers en lasnaden zwaar belasten. Welke trekkrachten er in de winter bij lage temperaturen in de dakbaan opgebouwd worden, vooral als ze in de zomer bij een hoge temperatur verlegd worden, kan uit de technische datasheets van de genormeerde dakbanen niet afgeleid worden.
Daarom moet bij dakbanen de krimp bekend zijn, zodat er tijdens de verwerking rekening kan worden gehouden met de trekkrachten die kunnen ontstaan. Een in een norm vastgelegde test is er nu nog niet. Dakbanen volgens het eisenpakket van ERNST voldoen aan de eisen van deze krimp, en beschikken over goede verwerkingsrichtlijnen.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Test volgens ERNST (1999) |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
< 200 kg/m | voldoet | voldoet |
19. wortelvastheid
Dakbanen moeten wortelvast zijn
Wortelvast volgens DIN 4038 en/of 4062 is nu nog een wens van de gedachten. De testrapporten voldoen niet. De redenen zijn in de vakbladen te lezen.
“Om dakschade onstaan door groendaken uit te sluiten, moeten dakbanen volgens de richtlijnen van de FLL getest worden. Toeval kan men niet verhinderen, je kunt een merel niet verbieden een zaadje op een dak te laten vallen, zodat dakbegroeiing niet te verhinderen is.”
Wortelvastheid volgens de FLL test, is de norm. W. ERNST (1999)
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
FLL-Prüfzeugnis |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
voldoet | voldoet |
20. ecologische verantwoording
Dakbanen moeten ecologisch verantwoord zijn
De discussie over ecologische bouwmaterialen wint aan belangstelling. De SIA (Schweizerischer Ingenieur- und Architektenverein) heeft met de SIA 493 (1997) een norm vastgesteld betreffende de ecologische eigenschappen van bouwmaterialen, die een betere verstandhouding tussen fabrikanten en gebruikers heeft geschapen. Bij het ecologisch bouwen is het belangrijk een goede planning te maken. Daardoor ontstaat de grootste speelruimte, om ecologisch relevante beslissingen in het planstadium te nemen.
Zoals de volgende ecologisch te realiseren doelstellingen:
– Bouwen met weinig energie verspilling
– Materiaal intensieve bouwprodukten vermijden
– Op de duurzaamheid van de produkten letten
– Recyclebare produkten gebruiken
– Produkten gebruiken met weinig schadelijke stoffen.
Deze richtlijnen en doelstellingen zorgen voor ecologisch verantwoord bouwen.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Verklaring volgens SIA 493 |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
Richtlijnen aanwezig | ja | ja |
21. PLANNING EN UITVOERING
richtlijnen
Richlijnen voor een duurzaam en funktioneel platdak zijn:
een vak, -en materiaal gerichte planning
– Een eenduidige beschrijving, die geen misverstanden kan bevatten over de kwaliteit van de dakbaan
– Uitvoering door gekwalificeerde, en vakkundige dakdekkers
– Uitvoering conform de regels van de fabrikant, en de huidige normen
– Jaarlijkse controle
Keuzecriteria om tot een goede keuze van een dakbaan te komen volgens de normen, staan in het eisenpakket van ERNST (1999)
“Bij banen die aan alle minimumeisen voldoen, kun je ervan uitgaan dat de veroudering beperkt blijft, en dat een langdurig gebruik van de baan gewaarborgd is.” ERNST (1999)
22. kleuren
Wat doelmatig is mag ook mooi zijn – dat geld speciaal voor platte daken, het aanpassen van de kleuren aan de omgeving is lange tijd vergeten.
Wit, blauw, groen, rood, zwart of grijs geven u een grote speelruimte, zonder aan de hoge eisen van een zeker en dicht dak, in te leveren!
23. toebehoren
Voor een praktijkgericht, en een zeker homogeen dak, is er een omvangrijke keuze aan toebehoren.
Zoals bijvoorbeeld: binnen en buitenhoeken, uitlopen, en gelamineerde plaat. U krijgt dakbanen, en toebehoren uit een hand. Maximale zekerheid, en eenvoudig aan te brengen. Dit staat garant voor een zeker, en goed resultaat.
24. verzekering tot 20 jaar
Verzekering
Kunststof dakbanen uit ECB of FPO/TPO kunnen met een verzekering van 20 jaar geleverd worden
De puntjes op de i, aangaande de zekerheid, geeft de dakverzekering van het Gerling-Concern samen met de fabrikant. Komplete nieuwbouw, en dakrenovaties kunnen verzekerd worden, bepalend is wel het gebruik van de ECB en TPO dakbanen. Op verzoek wordt het komplete dakpakket inclusief onderkonstruktie meeverzekerd. Met een looptijd tot 20 jaar. Aanspreekpunt voor deze verzekering is uw dakdekker.
25. vakliteratuur
Complete en diepgaande vakliteratuur:
Dachabdichtung – Dachbegrünung
Teil I (1991),Teil II (1999), Teil III (2003),
Fraunhofer IRB Verlag
In de nog steeds actuele vakliteratuur van 1991/1999, en aanvulling in 2003 wordt door W. ERNST en zijn mede auteurs FISCHER, JAUCH en LIESECKE de huidge, en leverbare standaard kwaliteit opgetekend, en met de normen gedokumenteerd. Een praktijkgericht eisenpakket voor alle afdichtingen, helpt om de zekerheid en duurzaamheid van daken te verbeteren. Alle afdichtingen die aan deze gebruiksvriendelijke, praktijkgerichte, ecologische, en aanvullende eisen voldoen, zijn besproken.
Onze klanten over J .Broekhuizen Dakbedekkingen
Referentie: Fam. Schreuder
Datum: 14-06-2018
Cijfer: van de 5 sterren
Onze projecten: Foto's van afgeronde projecten
Klik op de onderstaande button voor foto's van enkele afgeronde projecten van R. Broekhuizen Dakbedekkingen.
Neem contact op met R.Broekhuizen Dakbedekkingen
Vul het onderstaande contactformulier in of bel ons.
Tel.
06-34259646
Adres
Parallelweg 11c
3931 MS Woudenberg
ron@broekdak.nl